In het Rijksmuseum

BONUS! Ed van der Elsken: Sweet Life

Episode Summary

Na zijn wereldreis in 1959-1960 kwam Ed van der Elsken terug met duizenden foto's. Hij maakte er een legendarisch fotoboek van: "Sweet Life". Wat maakt dit boek uniek en legendarisch? Janine Abbring praat erover met conservator fotografie Hans Rooseboom en Andreas Landshoff aan wie het boek is opgedragen, vriend van Ed van der Elsken en uitgever in ruste. De podcastserie in het Rijksmuseum is powered by ING.

Episode Notes

Je kent dat wel: terug van een reis zit je telefoon of camera vol met honderden foto’s. Bij Ed van der Elsken was dat niet anders. Alleen dan analoog, op fotorolletjes. Met zijn vrouw Gerda van der Veen ging Van der Elsken in 1959 op wereldreis, 13 maanden lang. Wat kwam hij tegen? Waar ging hij op af? En dan: hoe maak je er een indrukwekkend fotoboek van? Want dat is Sweet Life. Als je nu een exemplaar wil kopen, dan kost je dat al snel zo’n 200 euro. Wat maakt dit boek zo fantastisch? 

Janine Abbring praat erover met conservator fotografie Hans Rooseboom en Andreas Landshoff aan wie het boek is opgedragen, vriend van Ed van der Elsken en voormalig uitgever.

Deze bonusaflevering verschijnt bij de tentoonstelling Ed van der Elsken: Crazy World, van 30 oktober 2020 t/m 10 januari 2021.

Wil je weten hoe het boek Sweet Life eruit ziet? Kom naar de tentoonstelling in het Rijksmuseum! Of kijk hier

De podcastserie in het Rijksmuseum is powered by ING.

Episode Transcription

00:00:04
Hans Rooseboom: Kijk, dat is natuurlijk de kracht van Van der Elsken. Dit boek is goed en geweldig en tijdloos, omdat het een eigen stijl heeft van fotograferen. Een eigen keus, iets eigenzinnigs heeft wat herkenbaar is en door die snelle manier van werken, dat dat snapshot-achtige, dat herkennen nog steeds veel jonge fotografen. Ook al is dit boek dus 60 jaar oud, ook al is Van der Elsken 30 jaar dood, hij is nog steeds bekend en hij wordt nog steeds gewaardeerd door allerlei, ook jongere generaties. Dat maakt dit boek dus tot een classic, niet voor niets.

00:00:34
Janine Abbring: Je kent het wel, terug van een reis zit je telefoon of camera vol met honderden foto's. Bij een professioneel fotograaf is dat niet anders, zo mogelijk nog erger. Dit gold zeker ook voor Ed van der Elsken, alleen werkte hij natuurlijk analoog op fotorolletjes. Samen met zijn vrouw Gerda van der Veen ging Van der Elsken in 1959 op wereldreis, 13 maanden lang. Wat kwam hij tegen? Waar ging hij op af? Hoe transformeerde dit tot het indrukwekkende fotoboek 'Sweet Life'; een iconisch en uniek boek. Als je nu een exemplaar wil kopen, tel je al snel zo'n 200 euro neer. Wat maakt dit boek zo legendarisch?

00:01:18
Janine Abbring: Mijn naam is Janine Abbring en dit is 'In het Rijks'; de podcast van het Rijksmuseum, waarin we bijzondere verhalen vertellen over voorwerpen en hun makers.

00:01:29
Janine Abbring: Met in deze bonusaflevering het boek 'Sweet Life' van Ed van der Elsken. Ik praat hierover met de man aan wie het boek is opgedragen, uitgever in ruste en vriend van Ed van der Elsken, Andreas Landshoff en met conservator fotografie Hans Rooseboom. Voor we beginnen: wil je weten hoe dit boek eruitziet? Ga dan naar Rijksmuseum.nl/podcast.

00:01:55
Janine Abbring: Hans, de luisteraar heeft geen beeld, maar een conservator fotografie kan vast heel beeldend dit boek 'Sweet Life' beschrijven?

00:02:02
Hans Rooseboom: Het is een groot boek 30 bij 30, dus ook groter dan de meeste fotoboeken. Een stuk of 150 foto's in zwartwit en het is nogal donker gedrukt. Het is het verslag van een wereldreis die hij maakte.

00:02:15
Janine Abbring: Het is een soort reisdagboek eigenlijk.

00:02:17
Hans Rooseboom: Ja, het is een persoonlijk reisverslag in foto's, achterin ook tekst met een vrij persoonlijke klank of toon. Hij reisde met zijn toenmalige vrouw naar West- en Zuid-Afrika, een aantal landen in Zuidoost-Azië en naar Noord-Amerika, de VS en Mexico. Hij fotografeerde vooral de mensen die hij daar tegenkwam. Niet zozeer dus de bekende highlights, de bekende plekjes waar iedere toerist bij wijze van spreken op af zou gaan en die je in de meeste fotoboeken uit die tijd zou zien en verwachten. Het zijn echt persoonlijke ontmoetingen met gewone mensen op straat, die hij soms in een fractie van een seconde tegenkwam, fotografeerde en weer doorliep.

00:02:55
Janine Abbring: Zoals we natuurlijk ook het werk van Van der Elsken kennen. Nou is 'gelikt' sowieso niet een term die je voor zijn werk zou gebruiken, maar dit boek voelt nog ... ik weet niet of rauwer het juiste woord is, maar wel als een soort kijkje achter de schermen.

00:03:09
Hans Rooseboom: Het is echt een levendig, ook opgemaakt boek. Door de combinatie van foto's op de pagina's ga je eigenlijk in sneltreinvaart door die reis van hem die 13 maanden duurde. Het is donker gedrukt, het is hard contrastrijk gedrukt. Het zijn grofkorrelige foto's, dus daardoor heel erg beweeglijk en het is een herkenbare stijl die hij zich eigen had gemaakt, vooral in dit boek in 1966. Toen vond hij, denk ik, definitief zijn stijl van ook het afdrukken van de foto's.

00:03:35
Janine Abbring: Het boek is opgedragen aan de man die hier ook in de studio zit, Andreas Landshoff. Meneer Landshoff, mag ik beginnen met de onbeschaamde vraag, hoe oud u bent?

00:03:44
Andreas Landshoff: Ik ben nu 90.

00:03:47
Janine Abbring: U moest er even over nadenken.

00:03:49
Andreas Landshoff: Omdat ik bijna 91 ben, op de grens van-

00:03:54
Janine Abbring: Ja, en het boek is aan u opgedragen. Kwam dat voor u als een verrassing?

00:03:59
Andreas Landshoff: Dat komt altijd als een verrassing, maar ik vond het leuk. Ja, in dit geval zeer leuk, omdat Ed echt een goede vriend was.

00:04:07
Janine Abbring: Hoe hebt u elkaar leren kennen?

00:04:08
Andreas Landshoff: Ik kwam in 1955 naar Nederland voor wat de bedoeling was, twee jaar, maar inmiddels zijn we dus 50 jaar verder en ik ben er nog-

00:04:21
Janine Abbring: U zegt: ik kwam naar Nederland. Ik bespeur ook een licht accent bij u. U kwam vanuit Duitsland naar Nederland?

00:04:27
Andreas Landshoff: Vanuit Duitsland, ja. Ik had bij meerdere uitgeverijen in Duitsland gewerkt en kwam hier naar toe om voor een Amerikaanse uitgeverij te werken in het Europese kantoor wat net geopend was. Mijn vader had dat geopend en hij had plotseling toch nog hulp en assistentie nodig. Hij vroeg aan mij of ik voor twee jaar bereid was om naar Nederland te komen. Ik was natuurlijk zeer blij om uit die puinhoop Duitsland eindelijk weg te komen en naar het prachtige Amsterdam te gaan, dus ik kwam in 1955. Ik heb Ed leren kennen door de tekenaar en cartoonist Opland: Rob Wout. Rob Opland had ik toevallig leren kennen en hij zei op een dag tegen mij: "Luister eens, ik heb een hele goede vriend die hier een bekende fotograaf is en ik wil graag dat jij die een keer leert kennen".

00:05:22
Janine Abbring: Was er meteen een klik?

00:05:23
Andreas Landshoff: De persoonlijkheid van Ed is dus een klik, omdat hij met zo'n enorme nieuwsgierigheid en belangstelling voor de ander kwam, wat hij dus later ook in zijn fotografie natuurlijk veel gedaan heeft. Hij was onmiddellijk in het leven en doen en denken, van het gevoelsleven ook, van de ander geïnteresseerd. Hij antwoorde daarop altijd in zijn beroemde drie talen die hij altijd mengde. Door zijn Nederlands kwamen altijd Franse woorden en een beetje Engels. Dan ook nog een beetje slang-achtige woorden, dus iets van 'tof', maar dan de Engelse equivalent. Er was van hem uit een enorme warme belangstelling ook voor mijn leven. Hij woonde toen in de Koningsstraat en ik ben vaak bij hem thuis geweest en zijn vrouw natuurlijk leren kennen, Gerda. Kinderen waren er nog niet, die zijn pas na de reis geboren, dus dat was pas na 'Sweet Life'.

00:06:23
Janine Abbring: 'Sweet Life' gaat inderdaad over die reis.

00:06:26
Andreas Landshoff: Ja.

00:06:26
Janine Abbring: Hoe kwam dat boek tot stand?

00:06:27
Andreas Landshoff: Ed had met Lubberhuizen, dat was toen de directeur van De Bezige Bij, afgesproken dat hij op een wereldreis zou gaan en hoopte daarvan zulk interessant materiaal terug te brengen dat dat ook een boek zou kunnen worden. Geert Lubberhuizen zei natuurlijk als zijn uitgever: "Ja leuk interessant, laat het maar even zien als je terug bent". Ed moest natuurlijk ook die reis betalen. Hij had geen geld, dus hij heeft z'n auto verkocht en dat was bij wijze van spreken, dus het eerste geld wat hij had. Toen maakte hij een afspraak met een grote krantenuitgeverij De Spaarnestad, die hadden twee geïllustreerde tijdschriften en die hadden tegen hem gezegd: "Luister eens, als jij ons foto's stuurt vanuit je verschillende plekken in de wereld en daar een kleine tekstje bij schrijft waar het is en wat zich afspeelt, dan zijn wij geïnteresseerd om dat in onze tijdschriften op te nemen".

00:07:31
Hans Rooseboom: Het was natuurlijk het interessante dat hij die tijdschrift al in z'n zak had, daar kon hij aan gaan leveren, maar hij kreeg vrije passage op de boten van een soort overkoepelende redersvereniging. Hij kon dus eerste klas met Gerda, zijn vrouw, op ieder schip van die rederijen gratis reizen. Dat was natuurlijk een belangrijk deel van het budget-

00:07:51
Andreas Landshoff: Heel belangrijk.

00:07:52
Hans Rooseboom: Het verhaal is dat prinses Margriet, geloof ik, petekind was van die rederijen. Zij werd 18 en moest een cadeau krijgen. Toen was het idee, we gaan een film maken voor haar als verjaardagscadeau. Ed moest gaan filmen of samen met Gerda. Hij fotografeerde, maar hij filmde ook en dat gaf hem dus die vrije reizen op die schepen. Tenslotte leverde hij nog aan de AVRO kleine filmpjes die op televisie werden uitgezonden, daar kreeg hij ook geld voor. Op allerlei manieren heeft hij dus dat geld bij elkaar gebracht om die 13 maanden op wereldreis te zijn.

00:08:24
Janine Abbring: In het boek zien we foto's van de wereldreis die Ed en zijn vrouw Gerda maakten, dus inderdaad in 1959 / 1960. Hij ging naar Afrika, naar Indonesië, naar Hongkong, naar Japan, de Verenigde Staten, Mexico-

00:08:35
Hans Rooseboom: Ja.

00:08:37
Janine Abbring: Wat valt op in die foto's van die wereldreis?

00:08:41
Andreas Landshoff: Zijn approach, zijn benadering, van mensen. Het waren ontmoetingen, het waren nooit afspraken of nooit iets van introducties door anderen. Het is Ed de straatfotograaf die naar een land gaat wat 'm interesseert en daar uitstapt en door de stad of door een dorp loopt-

00:09:05
Hans Rooseboom: Eindeloos lang over straat-

00:09:05
Andreas Landshoff: Naar types kijkt, dus het was voor hem altijd: de mens in al zijn verschillende vormen. Armoede tot criminaliteit en van rijkdom tot hier bijvoorbeeld op een dubbele pagina: de oprichter van Sony in Japan. Een jongeman die staat hier op een dubbele pagina een houdt zijn twee eerste toestellen omhoog. Het was dus zijn enorme belangstelling voor de anderen-

00:09:34
Janine Abbring: Oprechte interesse in de mens.

00:09:36
Hans Rooseboom: Ja.

00:09:37
Andreas Landshoff: Zijn interesse in de mens en hoe en in welke situatie. Hoe leeft die? Wat doet 'ie? Hoe kan hij zijn gezin onderhouden? Dus het was ook het sociale element.

00:09:48
Hans Rooseboom: Ja.

00:09:48
Andreas Landshoff: Ed was een ongelooflijke sociaal denkend mens die ook altijd bereid was anderen te helpen, ook financieel op die reis. Als ze zeiden, dat is een kind wat honger heeft dan ging hij voor het kind eten kopen, dus hij was heel sociaal gedreven.

00:10:05
Hans Rooseboom: Ja.

00:10:05
Andreas Landshoff: Ook politiek, dus hij was wat je noemt zeer links-

00:10:08
Janine Abbring: Want in Nederland had hij een beetje het imago van 'de nozems' vastleggen, de minder fris en fruitige kant van jong Nederland.

00:10:16
Hans Rooseboom: De jeugdcultuur, ja.

00:10:16
Andreas Landshoff: Ja.

00:10:16
Janine Abbring: Op die manier heel erg eigenzinnig. Zie je dat ook terug in dit boek, maar dan niet in Nederland?

00:10:23
Hans Rooseboom: Ja, dat klopt en wat ook belangrijk is, Ed heeft bijna nooit stilleventjes gefotografeerd en ook niet mensen thuis. Het is bijna allemaal op straat, waar hij eindeloos heeft rondgelopen en soms iets op zich zag afkomen en dan klik en dan meteen weer doorliep. Wellicht heel eventjes met ze praten, maar vrij korte ontmoetingen. Opvallend is, achterin is een uitgebreide tekst die hij zelf heeft geschreven, zoals hij dat vaker deed dat hij de tekst schreef bij de foto's achterin. Hij is wel degelijk ook geïnteresseerd in grotere maatschappelijke issues en problemen, maar hij fotografeert het en hij laat het zien door middel van individuen. Hij beschrijft dus achterin wel bijvoorbeeld het vluchtelingenprobleem in Hongkong, dat er heel veel mensen uit China naar Hongkong vlucht om daar een bestaan op te bouwen. Twee miljoen mensen op dat kleine stukje grond die als vluchteling zijn gekomen en daar in houtje touwtje hutten en huisjes wonen. Daar schrijft hij over, maar hij fotografeert mensen. Het zijn dus altijd individuen die hij fotografeert en hún levensomstandigheden. Hoe mensen wonen, werken en leven dat is zijn manier, zijn taal, om die grotere problemen zoals ook raciale probleem en slavernij aan bod te laten komen.

00:11:24
Janine Abbring: De rassenongelijkheid in de Verenigde Staten, demonstraties.

00:11:27
Hans Rooseboom: Het komt allemaal aan bod, maar door middel van foto's van individuen.

00:11:30
Janine Abbring: Ja.

00:11:30
Andreas Landshoff: Ook de onderwereld bijvoorbeeld-

00:11:34
Hans Rooseboom: Ja.

00:11:34
Andreas Landshoff: Japan, die streetgangs in Japan-

00:11:36
Hans Rooseboom: Dat fascineerde hem ook.

00:11:37
Andreas Landshoff: Dat fascineerde hem, maar ook sumoworstelaars. Hij heeft alle elementen, dus alles wat menselijk is en zijn belangstelling natuurlijk voor, dat is zijn hele leven gebleven, mooie vrouwen en mooie meiden.

00:11:51
Hans Rooseboom: Ja.

00:11:52
Andreas Landshoff: Over vrouwen gesproken, ik ben ook benieuwd naar Gerda, want die was ook mee, zijn vrouw.

00:11:56
Hans Rooseboom: Ja.

00:11:57
Andreas Landshoff: Ja.

00:11:57
Janine Abbring: Wat was, ik ga nu 'je' zeggen. Sorry, Andreas.

00:11:59
Andreas Landshoff: Nou, dat vind ik heel leuk.

00:12:01
Janine Abbring: Was je ook bevriend met Gerda?

00:12:04
Andreas Landshoff: Ja, ik was heel bevriend met Gerda.

00:12:05
Janine Abbring: Wat was zij voor vrouw?

00:12:06
Andreas Landshoff: Een fantastische vrouw en zij was een dochter van Gerrit van der Veen, van de verzetsstrijder. Een hele mooie, wulpse vrouw en een soort van mengsel van openheid en vrolijkheid en van diepe menselijkheid, ook voor mensen in nood en in moeilijke situaties. Iedereen helpen, iedereen bereid zijn advies te geven of praktisch te helpen én heel getalenteerd. Kijk, de vrouw van Ed van der Elsken zijn, dat is in elk opzicht niet zo makkelijk. Zij heeft bewonderenswaardig die man begeleid, hem altijd terzijde gestaan en hem ook altijd geholpen, dus dat-

00:12:52
Janine Abbring: Zij was ook schrijfster, toch?

00:12:54
Hans Rooseboom: Ja, zij schreef onder andere de artikelen op die reis voor 'Beatrijs'.

00:12:57
Janine Abbring: Wat voor dingen schreef ze dan? Journalistiek of -?

00:13:00
Hans Rooseboom: Voor dat blad 'Beatrijs', wat volgens mij voor vrouwen was bedoeld.

00:13:02
Andreas Landshoff: Ja, een vrouwenblad. Ja, voor jonge vrouwen.

00:13:02
Hans Rooseboom: Een blad van De Spaarnestad, dus zij schreef ook reportages over hun reis, reisimpressies om daar ook een deel van hun reis mee te financieren. Ik denk dat zij steeds een grotere rol is gaan spelen, ook later toen ze veel gingen filmen. Ja, daar was Ed net mee begonnen. Dat is hij later ook veel gaan doen, waarbij zij ook het geluid ging doen en dat ze ook echt als een team optraden, met z'n tweeën. Zij blijft altijd een beetje op de achtergrond-

00:13:27
Janine Abbring: Ja, verdient Gerda meer credits, denk jij?

00:13:29
Andreas Landshoff: Ik vind dat Gerda meer credits verdient dan ze altijd gekregen heeft. Ook zelfs dus in de tijd dat zij nog bij elkaar waren en getrouwd waren.

00:13:44
Janine Abbring: Van der Elsken had al een aantal boeken op z'n naam staan.

00:13:46
Andreas Landshoff: Hij had al drie boeken.

00:13:48
Janine Abbring: Waarvan één ook iconisch is geworden, dat boek 'Parijs!' natuurlijk. Je zou echter denken dat het dan vrij eenvoudig is om nog een volgend boek uit te brengen.

00:13:56
Andreas Landshoff: Ja.

00:13:56
Janine Abbring: Was dat ook zo?

00:13:56
Hans Rooseboom: Nee en het grappige is, dit boek is fameus 'Sweet Life', dat het zes jaar geduurd heeft tussen het moment dat hij terugkwam in 1960 en het boek verscheen in '66. Hij heeft er jarenlang aan gewerkt, lopen leuren en met hulp van Andreas is het uiteindelijk uitgegeven.

00:14:13
Andreas Landshoff: Het was zo: toen hij uiteindelijk terug was en al zijn contactsheets bekeken had en nog wat afdrukken gemaakt had, is hij natuurlijk meteen naar De Bezige Bij gegaan, naar Geert Lubberhuizen om hem dat te laten zien. Geert vond het fantastische foto's en zei: "Beste Ed, ik vind het ongelooflijk goed werk wat je daar gedaan hebt, maar ik moet je één ding vertellen. Dat idee-" ... Hij had al een soort conceptschets voor een dummy gemaakt, zoals Ed het zich voorstelde dat het eruit zou zien. En toen zei Gert: "Luister, in dat grote formaat en dan zo veel foto's, wat denk je dat dat wordt". Hij heeft dus gewoon gezegd: "Luister eens Ed, hoe mooi ik het ook allemaal vindt, het lukt mij niet'. Toen kwam Ed vanuit De Bezige Bij bij mij langs en hij stond letterlijk met tranen in de deuropening en zei: "Jij moet mij helpen". Toen hebben we zeggen, wat is er dan aan de hand. "Ja, Gert gaat dat boek niet doen. Kan jij niet iets voor mij doen?" Nu was het zo dat wij als uitgeverij waren mede uitvinders van zogenoemde coproducties. Dat betekent dat je in meerdere landen dezelfde belangstelling kon vinden voor een project wat voor één land te duur en te groot was. Toen Ed dus bij mij binnenkwam, inderdaad met tranen in zijn ogen, en zei: help mij. Ik had al foto's gezien, want hij had ze mij als vriend daarvoor laten zien, nog voordat hij naar De Bezige Bij ging. Ik was natuurlijk zeer onder de indruk van de kwaliteit van deze fantastische foto's, maar dacht ook het wordt heel moeilijk-

00:15:59
Hans Rooseboom: Ja.

00:16:00
Andreas Landshoff: Nu kwam hij echter met het hele gewicht van het project naar mij toe, dus nu zat ik ermee in mijn maag. Ik heb moeite gehad om onze eigen mensen te overtuigen. Ze hebben alleen maar, omdat ik zo aandrong en vervelend was, gezegd: "Oké, kijk jij maar of je genoeg andere landen kunt interesseren, zodat wij het kunnen doen. We kunnen niet meer aan dan 2000 exemplaren in de Engelse taal, dus dat is niet veel". Ik ben naar collegae van ons gegaan, waar ik mee samengewerkt had daarvoor, en iedereen had dezelfde reactie en zei: "Luister eens Andreas, dit is fantastisch, maar onverkoopbaar". Toen heb ik gezegd, weet je wat, ik wil dat woord niet meer horen. Ik weet namelijk zelf, ik ben tenslotte een collega, het is niet makkelijk te verkopen. Jullie moeten het echter toch doen, omdat wij als uitgeverij gewoon de taak hebben ook dingen te doen waar we niet veel verkopen, maar omdat het belangrijk is en hoge kwaliteit. Die uitgevers waren nog steeds aarzelend en toen heb ik gezegd: "Kijk, wij maken volgend jaar een groot boek over Salvador Dali in samenwerking met hem en jullie krijgen van mij daarvoor de licentie om dat in jullie land te doen, maar alleen als jullie dít boek nu ook nemen". Met andere woorden, ik heb ze eigenlijk gechanteerd om het te doen. Toen is het in al die landen verschenen, inclusief bij De Bezige Bij. Nadat ik dus al die mensen gedwongen heb, om het maar zo te zeggen, heb ik ze allemaal een jaar later allemaal weer op de Frankfurter Buchmesse gezien. Iedereen kwam naar mij toe en zei: "Nou, wat hebben we je gezegd? We hebben gedaan wat jij gezegd hebt, wat we moesten doen, maar we hebben het nu veramsjt". Het is dus bij iedereen in de Ramsj gegaan, ook bij Lubberhuizen. De Bezige Bij heeft minder dan 1000 exemplaren verkocht en toen lag het als een steen. Toen heeft hij het restant van de boeken verkocht voor, geloof ik, tussen drie en vijf gulden per exemplaar.

00:18:18
Hans Rooseboom: En nu-

00:18:18
Janine Abbring: Ja, wat is het nu waard?

00:18:20
Hans Rooseboom: Als je nu een goed exemplaar wilt kopen, antiquarisch-

00:18:23
Andreas Landshoff: Ja, ik weet het.

00:18:23
Hans Rooseboom: Ben je een paar 100 euro verder.

00:18:25
Janine Abbring: Hans, weten we hoe Ed van der Elsken 'Sweet Life' heeft samengesteld en welke techniek er is gebruikt?

00:18:38
Hans Rooseboom: Ja, hij heeft natuurlijk eerst in z'n eigen doka, donkere kamer, allerlei afdrukken gemaakt. Daar heeft hij eindeloos mee zitten puzzelen, experimenteren en spelen met de combinatie van de foto's naast elkaar.

00:18:49
Janine Abbring: Waaruit blijkt dat dan? Hoe weten we nu dat hij zo heeft zitten dubben en schuiven?

00:18:53
Hans Rooseboom: Handgemaakte afdrukken die hij dus in de doka maakte heeft hij aan elkaar zitten plakken, letterlijk, met cellotape. Daar ontstonden dan wat wij dummies noemen, een soort proefontwerp waarin je ook een indruk kreeg van het soort beelden en hoe de ritmiek van zo'n boek was, de opbouw, welke foto's in welke volgorde en met elkaar gecombineerd. Hij heeft vier, vijf van dat soort versies zitten maken. Die zijn allemaal bewaard gebleven, dus dan weet je dat hij dus eindeloos heeft zitten puzzelen. Totdat hij uiteindelijk in '66 wist: dit moet het worden, zo gaat het naar de drukker. Toen is hij naar Japan gegaan om bij de pers te staan om ook die drukkers er nog op te wijzen dat ze meer inkt moesten gaan gebruiken. Die waren namelijk gewend aan wat minder roetige, minder zwartige afdrukken dan dit boek uiteindelijk is geworden. Het was ook echt zijn wens om het zo te drukken en niet anders.

00:19:40
Janine Abbring: Ja, hij heeft het in Japan laten drukken, omdat ze daar een bijzondere kopertechniek konden toepassen die in Nederland te duur was.

00:19:46
Hans Rooseboom: Ja.

00:19:46
Janine Abbring: Uiteindelijk is het dus inderdaad in Japan gedrukt, 17.000 exemplaren in zes verschillende talen.

00:19:52
Hans Rooseboom: Ja. Kijk, nu geldt het als een meesterwerk en als zijn belangrijkste boek. Ook internationaal is hij nog steeds bekend om dit boek uit '66, samen met een 'Een liefdesgeschiedenis in Saint-Germain-des-Prés' uit '56. Dat zijn zijn twee meesterwerken.

00:20:04
Janine Abbring: Dit boek werd wereldwijd een echte classic. Wat maakt het voor nu nog relevant of interessant?

00:20:11
Hans Rooseboom: Nou ja, zoals bijna alle fotografie van iets oudere datum is het natuurlijk een spiegel op het verleden. Dit soort fotografie: iemand gaat op pad, de wereld in en fotografeert. In dit geval, fotografeert mensen, laat zien hoe de wereld eruitziet in een tijd 1959/ 1960 dat bijna niemand dat soort reizen ondernam buiten Europa. Zelfs binnen Europa, was het waarschijnlijk nauwelijks gebruikelijk om een paar weken lang op reis te gaan. Hij was ook voor het eerst in heel veel landen. Hij was in Afrika geweest, maar daarbuiten was hij ook nog nooit geweest. Heel veel landen zag hij ook voor het eerst, zoals Japan, waar hij daarna nog heel vaak is teruggekomen. Het was dus voor hem ook nieuw om dat soort culturen, samenlevingen en mensen te ontmoeten en daar verslag van te doen, heet van de naald. Dat was voor veel mensen natuurlijk ook een venster op de wereld en nog steeds. We kijken nu terug, je kijkt terug naar de wereld anno 1959/60, die er voor een deel heel anders uitziet. Voor een deel hetzelfde-

00:21:03
Janine Abbring: En de niet gelikte versie daarvan-

00:21:05
Hans Rooseboom: Absoluut. Ja, dat is natuurlijk de kracht van Van der Elsken. Dit boek is goed, geweldig en tijdloos omdat het een eigen stijl heeft van fotograferen. Een eigen keuze, iets eigenzinnigs heeft, wat herkenbaar is. Door die sneller manier van werken, dat snapshot-achtige, dat herkennen nog steeds veel jonge fotografen. Ook al is dit boek dus 60 jaar oud, ook al is Van der Elsken 30 jaar dood, hij is nog steeds bekend en hij wordt nog steeds gewaardeerd door allerlei, ook jongere generaties. Dat maakt dit boek tot een classic, niet voor niets.

00:21:36
Janine Abbring: Na 'Sweet Life' werkte Van der Elsken aan een nieuw fotoboek: 'Feest'.

00:21:40
Hans Rooseboom: Ja, of bijna tegelijkertijd, weten we sinds kort. We hebben vorig jaar alles wat de weduwe nog in huis had, 8.000 afdrukken onder andere, overgenomen en daar zaten van allerlei soorten foto's tussen en allerlei varianten van ontwerpen enzovoort. Onder andere een boekje waaraan hij werkte rond 1960-

00:22:01
Janine Abbring: Oké, dat is inderdaad in diezelfde tijd.

00:22:02
Hans Rooseboom: In ongeveer dezelfde tijd, voor zover we kunnen nagaan. Dat is nooit uitgegeven om redenen die we niet meer kunnen achterhalen. Zelfs Andreas en Eddy Posthuma de Boer, twee van de weinige mensen die hem toen goed kenden en hadden kunnen weten wat hij met dat boekje van plan was, hoe het in elkaar stak en wat de bedoeling ervan was, die zeggen beiden dat ze zich niet kunnen herinneren dat hij daar ooit over gepraat heeft. Feit is, er was een stapeltje foto's in die nalatenschap met een ontwerp voor een omslag, dus het was echt de bedoeling dat het een boekje zou worden. Dat hebben we aangetroffen en besloten dat te gaan uitgeven, alsnog na 60 jaar. Hij is echt een fotoboekenmaker. Dat is nu gebruikelijk, maar toen veel minder gebruikelijk en dit was het vierde boek wat hij uitgaf, na 'Saint-Germain des-Prés', 'Bagara' en 'Jazz'. Daarnaast heeft hij er nog veel meer gemaakt, maar dit was echt zijn podium om door middel van fotoboeken met z'n eigen vormgeving, z'n eigen keuzes, zijn foto's zo te presenteren, zoals hij dat voor ogen had en niet dat te laten bepalen door iemand anders-

00:23:01
Andreas Landshoff: Nee.

00:23:00
Janine Abbring: Ja.

00:23:00
Hans Rooseboom: Dus die boeken waren ook des te belangrijk en –

00:23:02
Andreas Landshoff: Daar mocht ook niemand inderdaad aankomen, ik mocht ook niet in z'n lay-out.

00:23:07
Hans Rooseboom: Nee, nee.

00:23:07
Andreas Landshoff: Wij hebben zeer felle discussies gehad, dat ik gezegd heb: Ed, ik vind werkelijk, dit is mijn vak. "Ik wil het anders hebben!" Dan kon je hem niet tegenspreken, 'he didn't take no for an answer'. Nee, het moest allemaal zoals hij dat wilde en ik ben altijd bij mijn boeken in de drukkerij geweest en heb aan de pers gestaan voor laatste correcties en zo. In het geval van 'Sweet Life', wat gedrukt werd in Japan en het was onze drukkerij die wij uitgezocht hadden en we hadden een kantoor in Japan, dus die hielpen hem ook met alles. Ed kwam echter naar Tokio en heeft dag en nacht in de drukkerij gezeten en altijd moest het nóg feller, nóg contrastrijker, nóg cleaner. Met andere woorden-

00:23:54
Janine Abbring: Hij was niet snel tevreden.

00:23:55
Andreas Landshoff: Hij was nooit-

00:23:55
Hans Rooseboom: Hij wist wat hij wilde.

00:23:55
Andreas Landshoff: Ja, hij wist wat hij wilde en was daarin-

00:24:01
Hans Rooseboom: Compromisloos.

00:24:02
Andreas Landshoff: Compromisloos absoluut. Hij was überhaupt compromisloos.

00:24:06
Janine Abbring: Nog heel even, want dat boekje 'Feest' wordt nu dus alsnog uitgegeven, maar wat voor foto's staan erin?

00:24:11
Hans Rooseboom: Het gaat over het thema feest. Het is een veel kleiner boekje, op het formaat van een pocket, zoals toen gebruikelijk was om fotoboeken op een pocketformaat uit te geven. Hij had allerlei foto's aan elkaar geplakt, zodat die samen steeds een dubbele pagina in het boek zouden gaan vormen, dus dat stond vast. Dat waren zijn keuzen-

00:24:27
Janine Abbring: Op straat feestende mensen dan, denk ik?

00:24:29
Hans Rooseboom: Veel, ja. Kermis, carnaval, feest op De Kring, de sociëteit hier aan het Kleine-Gartmanplantsoen. Ook wel in Parijs, een klein beetje. Een paar foto's van die wereldreis, een stuk of zeven, als ik me nu goed herinner die hij dus in 1959 en '60 nog heeft gemaakt, die heeft hij ook nog opgenomen in dit boekje. Het zijn dus vooral foto's uit de jaren '50, op straat weer voornamelijk. Ook wel bij De Bezige Bij, de verjaardag van Hugo Claus op De Kring. Dat was dan wel weer binnen, terwijl 'Sweet Life' is eigenlijk allemaal op straat, dat deed hij heel veel. Voor dat 'Feest' boek heeft hij meer dan gemiddeld ook binnenshuis gefotografeerd. Het zijn ook wel dronken mensen op straat. Het Leger des Heils komt voorbij, demonstraties, ook een Sinterklaasintocht waarbij een agent te paard een journalist ongeveer tegen de vlakte aanwerkt. Ook dus gek genoeg nog wat minder feestelijke momenten, maar-

00:25:16
Janine Abbring: Ja, dus eigenlijk feest in de breedste zin van het woord.

00:25:18
Hans Rooseboom: Dat absoluut.

00:25:19
Andreas Landshoff: Mooie meiden.

00:25:20
Hans Rooseboom: Zitten er ook in. Ja, die komen bij Van der Elsken vanzelf vroeg of laat voor.

00:25:24
Andreas Landshoff: Ja.

00:25:25
Hans Rooseboom: Eerder vroeg dan laat, maar ja, dat klopt.

00:25:27
Janine Abbring: Andreas, hebben jij en Ed na 'Sweet Life' contact gehouden? Hoe verliep die vriendschap verder?

00:25:34
Andreas Landshoff: Absoluut, absoluut, ik ben nog een paar keer bij hem geweest toen hij bijna op sterven lag. Ik ben een paar keer in Edam bij hem geweest, want hij wilde altijd graag dat ik langs kwam. Voordat hij dus echt niet meer kon opstaan en alleen nog in het bed lag, ging op een dag bij mij de deurbel en daar stond Ed met een prachtige afdruk van één van z'n beste Hongkong-foto's. Dat is een foto van de haven van Hongkong, heel contrastrijk, met die donkere wolken en zo. Hij had op de achterkant geschreven: 'In vriendschap, Ed van der Elsken' met de datum eronder. Dat is één van de laatste keren dat hij überhaupt nog de deur uit was, maar toen was hij nog speciaal naar Amsterdam gekomen om even bij mij langs te komen en me nog die foto te geven. Nee, ik moet zeggen dat ik inderdaad en ... de laatste visite bij hem dat was misschien twee weken voor zijn overlijden. Hij liet mij toen ook de röntgenfoto’s zien en zei: "Kijk, dat is mijn hele lichaam en zie je al die kleine zwarte pikkeltjes, dat ben ik, dat is al mijn kanker. Dat gaat van top tot teen".

00:26:44
Janine Abbring: Die Hongkong-foto, waar hangt die nu?

00:26:47
Andreas Landshoff: Die hangt bij mij thuis. Ja, ja.

00:26:50
Janine Abbring: Ja, dit was een bonusaflevering van de podcast: In het Rijks. De tentoonstelling Ed van der Elsken: Crazy World is van 30 oktober 2020 tot en met 10 januari 2021 te zien in het Rijksmuseum.