In het Rijksmuseum

BONUS! Ellsworth Kelly in de Rijksmuseumtuinen

Episode Summary

Twee grote, scherp gesneden vlakken, eentje blauw, de ander geel. Een soort rechtopstaand, gevouwen schilderij. Het is het beeld Yellow Blue van Ellsworth Kelly, deze zomer voor het eerst in Nederland te zien in de tuin van het Rijksmuseum. Wat maakt het zo fascinerend? Mag je een beeld als Yellow Blue zo maar overschilderen? En welke band had Amerikaan Kelly met Europa en Nederland in het bijzonder? Experts Carel Blotkamp en Ludo van Halem praten erover met Janine Abbring. De podcastserie in het Rijksmuseum is powered by ING.

Episode Notes

Twee grote, scherp gesneden vlakken, eentje blauw, de ander geel. Een soort rechtopstaand, gevouwen schilderij. Het is het beeld Yellow Blue van Ellsworth Kelly, deze zomer voor het eerst in Nederland te zien in de tuin van het Rijksmuseum. Wat maakt het zo fascinerend? Mag je een beeld als Yellow Blue zo maar overschilderen? En welke band had Amerikaan Kelly met Europa en Nederland in het bijzonder? Experts Carel Blotkamp en Ludo van Halem praten erover met Janine Abbring.

Ellsworth Kelly (1923-2015) was een schilder, tekenaar en beeldhouwer uit de Verenigde Staten. In deze tuintentoonstelling staan zijn beelden centraal, die in nauw verband staan met zijn teken- en schilderwerk. Vaak gebruikte hij dezelfde vormen, op hetzelfde formaat, in zowel zijn schilderijen als zijn beelden.

Kelly bestudeerde concrete voorwerpen en architectonische details in zijn directe omgeving. Hij ontleende omtrekken en vormen aan de werkelijkheid, die hij uitwerkte tot zuivere abstractie. Net als zijn schilderijen zijn de geschilderde oppervlakken van zijn beelden altijd neutraal, zonder een spoor van handmatige bewerking.

Niet alleen Amerikaanse, ook Europese kunst beïnvloedde Kelly. Toen hij van 1948 tot 1954 in Frankrijk woonde, bezocht hij veel musea en ontmoette hij kunstenaars als Jean Arp en Constantin Brancusi. Door zijn liefdesrelatie met Geertjan Visser, broer van beeldhouwer Carel Visser, bezocht hij in die jaren ook Nederland waar hij kennismaakte met het werk van onder anderen Piet Mondriaan en Gerrit Rietveld.

Ellsworth Kelly in de Rijksmuseumtuinen
De tentoonstelling is samengesteld door gastconservator Alfred Pacquement in samenwerking met de Ellsworth Kelly Studio, Spencertown, New York. Gratis toegankelijk tot en met 24 oktober 2021.

Episode Transcription

00:00:00
Carel Blotkamp: Kelly is vooral een schilder die daarnaast op een gegeven moment beelden is gaan maken, in de loop van zijn carrière.

00:00:06
Janine Abbring: Ja. Hoe verhouden die schilderijen zich tot die beelden?

00:00:10
Carel Blotkamp: Ze zijn nauw verwant, in die zin, dat de beelden bijna altijd ook uit vlakken zijn opgebouwd. Je zou kunnen zeggen: gevouwen schilderijen, soms, of een uitgeknipte vorm. Je ziet heel vaak dat die dingen uit het schilderij zich in een beeldvorm gaan presenteren. Er is een hele nauwe relatie tussen de twee.

00:00:32
Janine Abbring: Hij wordt gezien als één van de belangrijkste Amerikaanse kunstenaars van de twintigste eeuw en is onderscheiden door Barack Obama: Ellsworth Kelly. Voor het eerst zijn zijn beelden in Nederland te zien. Wie deze zomer om het Rijksmuseum heenloopt kan er niet omheen. Verspreid door de tuin staan acht van zijn abstracte beelden en binnen, in het atrium, het negende. Grote, ogenschijnlijk eenvoudige, scherpgesneden objecten met rechte en gebogen vormen.

00:00:59
Janine Abbring: We zouden vijf afleveringen kunnen vullen met Kelly's levensverhaal en zijn bijzondere connectie met Nederland, maar voor deze podcast richten we ons op één van de opvallendste werken in de tentoonstelling: het beeld "Yellow Blue". Ludo van Halem en Carel Blotkamp vertellen over Ellsworth Kelly en over hun fascinatie voor zijn werk. 
Mijn naam is Janine Abbring en dit is: "In het Rijksmuseum", de podcast van het Rijksmuseum waarin we bijzondere verhalen vertellen over voorwerpen en hun makers. Met in deze bonusaflevering: de beelden van Ellsworth Kelly. In het bijzonder: "Yellow Blue".

00:01:37
Janine Abbring: Ik praat hierover met Carel Blotkamp, kunstenaar en emeritus hoogleraar moderne kunst, en conservator beeldende kunst 20ste eeuw van het Rijksmuseum, Ludo van Halem. Voor we beginnen: wil je weten hoe dit beeld eruitziet? Ga dan naar www.rijksmuseum.nl/podcast

Ludo, jij bent conservator beeldende kunst 20ste eeuw van het Rijksmuseum. Op het moment dat we dit opnemen, wordt er nog gewerkt aan de tentoonstelling. We hebben het over beelden van soms negen meter hoog! Neem ons eens even mee naar de tuin. Wat gebeurt er op dit moment?

00:02:13
Ludo van Halem: As we speak wordt er spitwerk gedaan. Er worden grote gaten in de gazons gegraven om daar de funderingen van de beelden te kunnen plaatsen. Dat werk zal denk ik één dezer dagen afgelopen zijn. Dan beginnen we met de plaatsing van het eerste beeld. Niet buiten, maar in het atrium, want we hebben altijd één beeld in het atrium van het museum staan.

00:02:35
Janine Abbring: Waarom staat er één beeld in het atrium?

00:02:37
Ludo van Halem: Dat is om de bezoekers die het museum binnengaan ook te attenderen dat er een buitententoonstelling is. Dat is misschien een beetje een omgekeerde volgorde. De beelden staan eigenlijk buiten; het is echt een tuintentoonstelling. Mensen komen voor het museum, en gaan dat atrium in. Normaalgesproken, in betere tijden, is dat een vrij toegankelijk gebied. Dat betekent dus ook dat de hele tentoonstelling gratis toegankelijk is. De mensen die voor het museum komen zien een monumentaal sculptuur in dat atrium staan en we hopen ze op die manier een vingerwijzing te geven om ook naar de tuin te gaan.

00:03:11
Janine Abbring: Om ze naar buiten te lokken.

00:03:13
Ludo van Halem: Ja.

00:03:14
Janine Abbring: Het gaat om negen beelden in totaal. We pikken er voor deze podcast eentje uit: het beeld "Yellow Blue". Kun je het omschrijven?

00:03:20
Ludo van Halem: Ja. Het zijn eigenlijk twee hele grote vlakken, bijna vierkant als je ernaar kijkt, die onder een hoek tegen elkaar staan. De ene helft is geel en de andere helft is blauw. Het is wat het is. Het lijkt wel een enorme vleugel, die daar staat. Het helt een klein beetje achterover.

00:03:44
Janine Abbring: Hoe groot is het?

00:03:46
Ludo van Halem: Iets van vijf bij drie meter, dus een flink beeld. Monumentaal. De achterkant is zuiver wit. Dat is een grote witte driehoek, die je ziet, met een scherpe vouw erin, van dat staal wat tegen elkaar staat. Dat is een ding wat enorm aanwezig is in zo'n omgeving als de tuin van het Rijksmuseum. Het gebouw, bakstenen op de achtergrond, een groen gazon. En dan die twee enorm felle kleuren en die witte achterkant die daar in dat gazon staan.

00:04:15
Janine Abbring: Carel Blotkamp, je bent kunstenaar, emeritus hoogleraar moderne kunst, nog dagelijks in je atelier te vinden. Verheug je je op deze tentoonstelling?

00:04:22
Carel Blotkamp: Ja, zeer. Ik ken eigenlijk in het echt niet zo heel veel beelden van Kelly. Ik heb wel diverse tentoonstellingen van hem gezien, maar dat was alleen maar schilderkunst. Het is natuurlijk vooral een schilder die daarnaast, op een gegeven moment, beelden is gaan maken, in de loop van zijn carrière.

00:04:40
Janine Abbring: Ja. Hoe verhouden die schilderijen zich tot die beelden?

00:04:43
Carel Blotkamp: Ze zijn nauw verwant, in die zin, dat de beelden bijna altijd uit vlakken zijn opgebouwd. Je zou kunnen zeggen: gevouwen schilderijen, soms, of een uitgeknipte vorm. Je ziet ook heel vaak dat hij die dingen uit het schilderij zich in een beeldvorm gaat presenteren. Er is een hele nauwe relatie tussen de twee.

00:05:05
Janine Abbring: Gevouwen beelden, dat is wel mooi omschreven. De scherpe hoeken die je eendimensionaal ziet, zie je dan driedimensionaal.

00:05:13
Carel Blotkamp: Ja.

00:05:14
Janine Abbring: Met wat voor gevoel sta jij, denk je, straks voor dat vijf meter hoge beeld?

00:05:18
Carel Blotkamp: Je ervaart natuurlijk de maat pas echt ter plekke. Dan zie je dat je naast een soort obelisk staat. Dat is heel anders dan als je ze alleen maar uit afbeeldingen kent, wat voor mij geldt. In Europa staan er niet veel. Er zijn er een paar in Basel en zo, dan heb je het al gauw gehad.

00:05:36
Janine Abbring: We kunnen dus wel stellen dat Yellow Blue typerend is voor zijn werk.

00:05:39
Carel Blotkamp: Ja.

00:05:40
Janine Abbring: Qua die hoeken en qua twee kleuren.

00:05:43
Carel Blotkamp: Ja. Bij de beelden is hij ze op een gegeven moment ze gaan uitvoeren in materialen die een kleur hebben, de materiaalkleur. Eigenlijk kun je zeggen dat hij iets verder in de richting van beeldhouwkunst gaat, waar de materie van belang is. Maar het begon altijd als een driedimensionaal gemaakt schilderij met gekleurde, gevouwen vlakken.

00:06:07
Ludo van Halem: Maar in de jaren zeventig zie je dat er een heel grijs palet in zijn werk optreedt. Dat is het moment waarop je ziet dat hij bijvoorbeeld in roestvast staal gaat werken, of in brons, of in cortenstaal. Dat inderdaad die materiaalkleur ook een rol gaat spelen, dat het niet alleen maar gespoten staal of aluminium is.

00:06:29
Carel Blotkamp: Ja.

00:06:31
Janine Abbring: Wie was Ellsworth Kelly? Hij is overleden in 2015.

00:06:34
Ludo van Halem: Een kunstenaar die dienst deed in de Tweede Wereldoorlog als soldaat bij een afdeling die de "Ghost army" heette, die decoys maakte voor de vijand.

00:06:49
Janine Abbring: Nepdingen!

00:06:51
Ludo van Halem: Neptanks, nepvrachtwagens, neplegertenten, om maar te zorgen dat de vijand misleid werd. Iemand die beschikte over een enorm beeldend talent, wat al vroeg waarneembaar was. Zoals heel veel Amerikaanse soldaten kon hij gebruikmaken van de G. I.-bill, een regeling waarmee ze hun verloren jaren konden inhalen. Hij was al een keer een Parijs geweest. Kort na de Tweede Wereldoorlog is hij teruggegaan naar Parijs om daar een aantal jaren te werken. Dat was een hele vormende periode voor hem als kunstenaar. Eigenlijk zou je kunnen zeggen dat die jaren in Frankrijk, eind jaren veertig tot begin 1954, de snelkookpan is geweest waarin zijn hele carrière voorgekookt is.

00:07:40
Janine Abbring: Hij heeft ook een bijzondere band gehad met Nederland. Carel, kun jij daar wat over vertellen?

00:07:44
Carel Blotkamp: Ja. Dat begint al heel vroeg. Terwijl hij in Parijs werkte van 1948 tot 1954, heeft hij een Nederlandse jongeman ontmoet. In Zürich, waar de jongeman studeerde. Die vriend die hij in Zürich opdeed was Geertjan Visser. Dat was de jongste broer van Carel Visser, de beeldhouwer, en van Martin Visser, de meubelontwerper. Dat werd een liefdesrelatie. Hij gaat de kerstdagen in 1953 in Papendrecht doorbrengen bij de ouders van die jongen, die redelijk ruimdenkend waren. Dat was niet zo gewoon in die tijd, zeker in de christelijke kringen waarin die ouders verkeerden. Hij heeft die jongen ontmoet en dat is een tijd een relatie geweest, maar dat brak op een gegeven moment af doordat Kelly in 1954 terugging naar Amerika. Maar ze hebben de rest van hun leven contact gehouden, bij elkaar gelogeerd en samen gereisd, en ook met de andere leden van de familie bleef er een wat losser contact. Grappig genoeg, ver voordat Kelly in Nederland bekend werd als kunstenaar -dat begint pas in 1967, 1968. Toen is hij ook een soort grootheid geworden in Amerika − maar dan een decennium daarvoor, was er al dat contact op persoonlijk niveau.

00:09:05
Janine Abbring: Werd hij ook geïnspireerd door Nederlandse abstracte kunstenaars?

00:09:08
Carel Blotkamp: Ja, maar dan toch binnen een internationale context. Ik bedoel, hij heeft zeker een relatie met de kunst van de stijl, met Mondriaan en Van Doesburg en zo, maar in het kader van een ruimere Europese context van geometrisch abstracte kunst van voor de oorlog. In Parijs heeft hij ook ateliers bezocht van de nog overlevende kunstenaars uit die vooroorlogse jaren. Vantongerloo en Hans Arp, de beeldhouwer. Ik vind Kelly een perfecte verbinder tussen de Europese traditie en de Amerikaanse kunst. Dat heeft te maken met dat die daar een tijd gewoond heeft, in Parijs, maar ook in de aard van het werk. Dat is een hele mooie verbinding bij hem.

00:09:52
Janine Abbring: Ja. Hij studeerde in Frankrijk, werd enigszins geïnspireerd door Nederlandse kunstenaars, en toch wordt zijn werk gezien als onmiskenbaar Amerikaans. Waar zit 'm dat in?

00:10:00
Carel Blotkamp: Dat heeft hij eigenlijk ook al in die Parijse tijd. Hij heeft een soort gevoel voor grootte, voor schaal. Hij maakt hele grote dingen, soms. De directheid is iets wat je eigenlijk bij Europese kunstenaars minder ziet. Dat: "Vam!" Recht in je smoel! Dat is Amerikaans. Pollock, ook zo'n groot ding, wat je als een vuistslag treft.

00:10:26
Janine Abbring: Niet subtiel.

00:10:26
Carel Blotkamp: Niet subtiel en heel direct. Niet langs omwegen, niet een beetje afwegen van: "Als ik links dit doe, dan moet rechts dat gebeuren." Het is allemaal heel direct en recht voor zijn raap.

00:10:39
Ludo van Halem: Je ziet dat hij al in de jaren vijftig direct op een soort architectonische schaal gaat werken. "Colors for a large wall", en reliëfs van vijftien meter lang. Die enorme schaalsprong is wel heel Amerikaans. Dat is al direct in de jaren vijftig, wanneer hij terug uit Parijs naar New York is gegaan om zo'n enorme klap te maken.

00:11:05
Carel Blotkamp: Zelfs in zijn Franse jaren zat dat er al in. Hij heeft een paar hele grote dingen gemaakt. Als je bedenkt dat hij geen moer verkocht heeft ­− hij heeft in die Parijse tijd één schilderij verkocht in zes jaar tijd − desondanks maakte hij soms zulke waanzinnig grote dingen van drie bij drie meter.

00:11:22
Ludo van Halem: Dat moet allemaal verscheept zijn, toch, in 1954, naar Amerika.

00:11:26
Carel Blotkamp: Ook.

00:11:26
Janine Abbring: Zo, ja!

00:11:35
Janine Abbring: We gaan even terug naar het beeld Yellow Blue. Hoe is het beeld gemaakt? Dan bedoel ik niet technisch, maar ik wil meer weten hoe Kelly te werk ging. Wat was artistiek gezien zijn uitgangspunt?

00:11:44
Ludo van Halem: Hij heeft al in de jaren zestig heel veel schilderijen gemaakt die bestonden uit twee kleurvlakken die tegen elkaar zijn gezet. Vormen die in elkaar grepen, een vierkant in een vierkant, zodat je een baan horizontaal en verticaal overhoudt. Yellow Blue was één van zijn allereerste opdrachten voor een beeld in de openbare ruimte. Hij had toen al een aantal jaren ervaring met het maken van vrijstaande sculpturen. In 1966 was hij de Amerikaanse kunstenaar die op de Biënnale van Venetië, de Verenigde Staten vertegenwoordigde. Daar zag je al een aantal beelden verschijnen, in die opstelling. Ruimtelijk werk hoorde al tot zijn beeldende vocabulaire, zou je kunnen zeggen. Yellow Blue was een beeld wat in Albany voor een overheidsgebouw moest komen te staan. Een gebouw wat er heel hoog achter op rijst, een beton bru-achtig staketsel als onderdeel van de collectie van de New York state, geïnitieerd door Nelson Rockefeller. Dat moest gelijk een gebaar worden wat die ruimte goed kon vullen. Hij heeft daar gekozen voor hele uitgesproken kleuren. Hij zat in een vrij donker atelier in New York, waarin hij heel erg felgekleurde werken maakte, dus Yellow Blue heeft wel een heel direct verband met die schilderijen uit de jaren zestig, die enorme intense kleuren die heel sterk aftekenen tegen de achtergrond en tegen de ruimte.

00:13:21
Janine Abbring: Als we kijken naar het beeld Yellow Blue, wat was zijn vertrekpunt bij het beeld? Weten we iets over zijn inspiratie?

00:13:33
Ludo van Halem: Hij heeft heel veel rondgereisd in Frankrijk zelf en omringende landen. Hij was een fanatieke bezoeker van musea. Niet alleen kunstmusea, maar ook archeologische musea en volkenkundige musea. We weten ook dat hij zeer onder de indruk was van het Isenheimer altaar in Colmar van Grünewald. Dat idee dat je een compositie kan maken die bestaat uit twee of meerdere panelen, is iets wat heel sterk verankerd is in die middeleeuwse kunst en middeleeuwse schilderkunst. Dat idee van een meerluik, van een veelluik, of twee luiken die tegen elkaar staan, zit een beetje in Yellow Blue. Niet heel letterlijk. Het is in die zin geen tweeluik.

00:14:14
Janine Abbring: Het is geen letterlijk altaarstuk.

00:14:16
Ludo van Halem: Het is geen altaarstuk, nee.

00:14:17
Carel Blotkamp: Het is ook een beetje een opengeslagen boek, vind ik. Vind je niet?

00:14:20
Ludo van Halem: Of een gevouwen papiertje.

00:14:23
Janine Abbring: Kelly vertrok altijd vanuit de werkelijkheid, toch?

00:14:26
Carel Blotkamp: Dat is ook typerend voor zijn benadering, dat hij, als het ware, de abstractie zag in de werkelijkheid. Een vierkant kan toch komen van dat hij een schuur van opzij zag, heel opvallend een vierkant uit de grond zag oprijzen. Er is een voortdurend heen en weer tussen abstractie, dat je denkt: dat heeft geen enkele referentie −

00:14:48
Janine Abbring: Dat is niet terug te herleiden.

00:14:50
Carel Blotkamp: Bij hem is dat juist bijna altijd wel het geval. Dus ook de curves die hij in zijn schilderijen − dat zijn enorme cirkelfragmenten in een schilderij − hebben toch te maken met een bepaalde heuvel die hij zo mooi in het landschap zag liggen. Dus dat tekende die, of hij maakte foto's. Hij heeft ook vrij veel gefotografeerd.

00:15:13
Janine Abbring: Vogels, bijvoorbeeld, als inspiratiebron, las ik.

00:15:16
Carel Blotkamp: De bladvorm van planten. Hij heeft heel veel tekeningen gemaakt van alleen de contouren van planten. Net zoals Matisse, trouwens, die het, vind ik, nog wel een kneepje beter deed.

00:15:29
Janine Abbring: Oké, terug naar Ludo. Yellow Blue is een beetje een vreemde eend in de bijt. Hoezo?

00:15:36
Ludo van Halem: Het is het enige gekleurde beeld in de tentoonstelling, zou je kunnen zeggen. Wit is ook een kleur, natuurlijk.

00:15:42
Carel Blotkamp: Is dat jammer, vind je − hadden jullie anders moeten kiezen?

00:15:46
Ludo van Halem: Dat is niet jammer, nee. Er zijn eigenlijk maar heel weinig gekleurde buitenbeelden. Dat is denk ik waar het om gaat. Er zijn gekleurde beelden. Het stedelijk museum heeft een beroemde, de Red Blue Rocker, maar die mag alleen maar binnen staan, die wordt ook opgesteld.

00:16:01
Carel Blotkamp: Ik denk dat dat te maken heeft met de houdbaarheid van verf in de buitenlucht.

00:16:06
Ludo van Halem: Ja.

00:16:06
Janine Abbring: Daarover gesproken: dit beeld komt uit 1968 en is voor deze tentoonstelling opnieuw gespoten. Dat is nogal wat anders dan achter een enorme glazen wand millimeter voor millimeter een werk restaureren. Doe je dan geen afbreuk aan de authenticiteit? Hoe kan dat, dat je het gewoon mag overspuiten?

00:16:25
Ludo van Halem: Voor buitenbeelden is dat toch een heel ander verhaal dan voor kunstwerken die gewoon binnen verkeren.

00:16:30
Janine Abbring: Als leek weet ik dat niet. Je mag dat dus gewoon overspuiten?

00:16:33
Ludo van Halem: Ja, als je de zeggingskracht van het werk intact wil houden, zul je dat af en toe moeten doen. De natuur is onverbiddelijk. Alles takelt af onder invloed van zonlicht, wind. Die kleuren lopen helemaal terug. Zeker kleuren zoals geel en blauw, die zijn er behoorlijk gevoelig voor.

00:16:52
Carel Blotkamp: Ik denk ook dat hij het zelf heeft vastgelegd, dat dat mag en moet.

00:16:57
Janine Abbring: Oh ja?

00:16:57
Carel Blotkamp: Ja, want ik denk dat hij het belangrijk vond dat je niet alleen maar een soort relikwie overhoudt, een vage verwijzing naar het oorspronkelijke. Dat is ook wel in de aard van het werk, want ook de schilderijen hebben een heel industrieel uiterlijk. Hij schilderde wel met de hand, maar het is van een bijna industriële productiewijze en precisie. Hij heeft ook schilderijen laten restaureren. Als het gered moest worden, werd het schilderij gewoon compleet opnieuw geschilderd.

00:17:27
Janine Abbring: Het is niet zo dat je penseelstreken ziet bij hem.

00:17:29
Carel Blotkamp: Nee, precies.

00:17:29
Janine Abbring: Het is echt glad, strak.

00:17:33
Carel Blotkamp: Dat geldt voor de beelden ook. Ik denk echt dat hij bepaald heeft dat dat gewoon moest gebeuren.

00:17:39
Ludo van Halem: Het handschrift was niet echt van belang.

00:17:40
Carel Blotkamp: Nee, helemaal niet.

00:17:41
Janine Abbring: Nee.

00:17:41
Ludo van Halem: Nee, zeker niet.

00:17:43
Carel Blotkamp: Wel heel subtiel in de kleurkeuzes. Ik denk dat hij uit de RAL-kleuren heel precies heeft bepaald, wat het moest zijn.

00:17:51
Ludo van Halem: Dat denk ik niet. Ik denk dat dat zelf gemengde kleuren waren. Onze restauratoren hebben dagen besteed aan het vinden van de juiste kleur wit om de bouten bij te kunnen kleuren, waar de beelden mee vastgesteld moeten worden.

00:18:05
Carel Blotkamp: Dat lag niet vast?

00:18:05
Ludo van Halem: Dat was een zelf gemengde kleur van Kelly. Als je geen kleurnummer hebt in onze gesystematiseerde wereld-

00:18:15
Janine Abbring: Het zat niet in de Gamma-waaier.

00:18:16
Ludo van Halem: Nee, absoluut niet.

00:18:17
Carel Blotkamp: Er zijn erg aardige foto's van zijn atelier, en daar zie je dat hij op de muur allemaal stipjes in verschillende tinten van het schilderij waar die mee bezig was, had aangebracht en daar blijkbaar een keus uit deed. Het zijn egale vlakken, altijd, maar hij was heel precies in het exact bepalen van die kleur groen of die kleur geel, die een vorm op het schilderij moest krijgen. Dat geldt voor de beelden blijkbaar ook.

00:18:46
Ludo van Halem: Je wil niet zo'n uitgebleekte schaduw neerzetten van wat het beeld ooit geweest is.

00:18:53
Janine Abbring: Dat is misschien ook wel één van de grotere misvattingen over abstracte kunst: dat het makkelijk zou zijn. Waarom is het niet makkelijk, Carel?

00:19:04
Carel Blotkamp: Ik heb wel eens gezegd dat vakmanschap zich kan uiten in de manier waarop je meesterlijk een glimlichtje in een glas kunt weergeven à la Jan van Eyck, maar ook in het op elkaar leggen van twee bakstenen op de enige juiste manier. Dat je doel en middelen perfect op elkaar moet afstemmen, dat is eigenlijk het hele eieren eten in de kunst. Dat geldt voor abstractie of voor figuratie in gelijke mate.

00:19:30
Janine Abbring: Waarom bewonder jij zijn werk, Ludo?

00:19:32
Ludo van Halem: Ik denk juist die enorme zoektocht naar die uiterste perfectie die in dat werk van Kelly zit. Het is van zo'n ongelofelijke subtiliteit, maar daar moet je wel wat langer ervoor naar kijken en je moet de rust nemen om ernaar te kijken. Het geeft ook wel een zekere rust. Als je lang kijkt, zie je eigenlijk hoe ontzettend subtiel en doordacht en − ik wil het woord bestudeerd niet gebruiken, want dat heeft misschien een negatieve kant, maar je ziet dat er een zekere spontaniteit in dat werk zit. Die is wel tot een enorme hoogte opgevoerd, de essentie waarmee hij probeert kleur en vorm weer te geven. Misschien zou je het een purist kunnen noemen, zonder dat hij heel dogmatisch is.

00:20:19
Janine Abbring: Subtiliteit in vijf meter hoog.

00:20:21
Ludo van Halem: Ja, of zelfs negen meter hoog.

00:20:25
Carel Blotkamp: Het is een soort zoeken naar de volmaakte vorm. Daar kan de natuur bij helpen, want die reikt je dingen aan. Eigenlijk moet je nog een stapje over de natuur heen, die per slot zijn onregelmatigheden heeft − bladeren die niet helemaal gaaf zijn − en dat is bij hem tot een nog gaver geheel gemaakt. Ik denk dat zijn beelden heel veel te maken hebben met Brancusi, die als beeldhouwer ook als purist bij uitstek bekendstaat. Zo'n staande vogel van hem, die als een uitgerekte, lange, volmaakte vorm daar staat. Die helemaal niet meer aan een vogel doet denken, maar wel het opstijgen. Allemaal teruggebracht tot een volmaakte vorm. Dat heeft Kelly als een duw in de rug moeten ervaren, ben ik van overtuigd, in de richting van waar hij zelf mee bezig was. Dat heeft veel van Brancusi, naar mijn idee.

00:21:15
Ludo van Halem: Ook de suggestie van uitgestrektheid en oneindigheid. Behalve die vogel staat hij ook heel bekend door die oneindige zuil, de getrapte vorm, die door lijkt te lopen tot helemaal in de hemel, en die je door kan denken. Die werken van Kelly, zeker die curves, dat zijn uitsneden uit enorme cirkelbogen. Als je kijkt naar zo'n werk en je realiseert hoe groot die cirkel zou moeten zijn, heeft dat ook zo'n enorme weidsheid eigenlijk. In die zin creëert het een enorme ruimte.

00:21:44
Janine Abbring: Ja.

00:21:51
Janine Abbring: Het is natuurlijk jammer dat Kelly zelf niet bij de samenstelling van die tentoonstelling betrokken is, want hij had heel vastomlijnde ideeën over hoe zijn werk in de ruimte, en ook in de openbare ruimte, moest worden tentoongesteld, toch? Kun je daar iets over vertellen, Carel?

00:22:04
Carel Blotkamp: Ja. Er zijn een paar mooie voorbeelden van schilderijen die hij op een bepaalde manier geplaatst wilde hebben. Bij beelden is het natuurlijk nog belangrijker dat je een soort samenspel tussen beeld en omgeving creëert, maar ook bij schilderijen vond hij dat het geval. Kröller-Müller heeft vijf grote schilderijen. Dat zijn twee kleurige doeken − dus twee kwadraten tegen elkaar aan − van verschillende kleuren, en dat maal vijf. In het museum hadden ze die kort na bruikleen, op een lange wand gehangen. Eén wand, vrij dicht bij elkaar. Er is een brief van hem aan zijn bevriende Visserconnecties, waarin hij zegt: "Nee, dat moet helemaal niet zo, ik wil juist dat je ze één voor één ziet. Het mag best verspreid door het gebouw of in verschillende ruimtes, of pas als je je omdraait zie je de tweede." Dat je dus door je herinnering ze met elkaar verbindt. Dat is een totaal andere conceptie dan wat het museum ervan had gemaakt. Dat is een mooi voorbeeld van hoe hij het werk wilde relateren aan de omgeving, of de omgeving aan het werk.

00:23:15
Janine Abbring: En die beleving, ook heel belangrijk vond.

00:23:18
Carel Blotkamp: En bij de beelden idem dito. Tot twee keer toe is er een poging gedaan om een beeld van hem voor de Kröller-Müller beeldentuin te verwerven, daar zou die natuurlijk zeer thuishoren.

00:23:28
Janine Abbring: Ja!

00:23:28
Carel Blotkamp: De tweede keer was het vrij ver gevorderd, al. Hij had een locatie uitgezocht, een bepaald stuk terrein waar bomen stonden, dit en dat, mooie maquette zelfgemaakt, fotomontages gemaakt. Er zouden twee beelden moeten komen: één obeliskachtige hoge vorm en een lage, schildpadachtige gevouwen vorm, in verschillende materialen. Het zag er op foto's werkelijk prachtig uit.

00:23:54
Janine Abbring: Kat in 't bakkie, zou je denken.

00:23:55
Carel Blotkamp: Ja, maar toen liep het vast op de kosten. Hij was inmiddels een dure kunstenaar geworden met een dure galerie achter zich, en dat hadden ze van tevoren kunnen weten. Ik vind het een beetje jammer dat het zo gelopen is, maar in ieder geval, we hebben daar dus alleen de plannen van.

00:24:12
Ludo van Halem: De klap op de vuurpijl van zijn regie over de ruimte, is de kapel die hij zelf ontworpen heeft en die pas na zijn dood is opgeleverd in Austin, Texas. Dat is een gebouw wat hij zelf ontworpen heeft voor een reeks schilderijen en een sculptuur, en ramen met kleuren erin. De ruimte zelf is de vorm die hij zelf bepaald heeft.

00:24:35
Janine Abbring: Een soort totaalbeleving.

00:24:36
Ludo van Halem: Ja.

00:24:37
Carel Blotkamp: Ik vind het niet zo goed, eerlijk gezegd. Althans, ik ken het alleen van foto's, maar ik vind het niet zo goed.

00:24:45
Janine Abbring: Eén van die beelden uit die kapel, waar Carel niet een groot fan van is, is ook weer te zien in de tentoonstelling.

00:24:52
Ludo van Halem: Klopt, dat is het houten beeld wat in het atrium komt. Dat is een identiek exemplaar van het beeld, dat ook in de apsis van de kapel staat.

00:24:59
Janine Abbring: Hoe ziet dat eruit?

00:25:00
Ludo van Halem: Dat is een soort kolom met een hele lichte curve, het is gemaakt van het Amerikaanse redwood. Een prachtig, glad afgewerkt oppervlak. Dat is een metershoog beeld dat oprijst. Een hele slanke, verjongende vorm en dat loopt een klein beetje uit naar boven.

00:25:26
Janine Abbring: Er is elk jaar een beeldententoonstelling met 20ste-eeuwse kunst in de tuin. Wat wordt de volgende tentoonstelling?

00:25:31
Carel Blotkamp: Barbara Hepworth.

00:25:31
Ludo van Halem: Nou, kijk eens aan!

00:25:34
Janine Abbring: Carel, vul aan!

00:25:36
Carel Blotkamp: Dat lijkt me heel goed. Goede beeldhouwster en tijd voor weer een vrouw, lijkt me.

00:25:42
Janine Abbring: Daar sluit ik mij alleen maar bij aan, natuurlijk.

00:25:43
Ludo van Halem: Eén van de meest spannende beelden in die tentoonstelling, waarvan we nog steeds in onderhandeling zijn of we die kunnen krijgen, is "Single form", wat eigenlijk wel heel dichtbij Kelly komt. Dat is een heel groot blad met een gat erin, en het was een opdracht voor de Verenigde Naties. Het staat voor het gebouw van de Verenigde Naties in New York. Dat exemplaar lenen we niet, maar wel een wat kleiner exemplaar uit Battersea Park in Londen.

00:26:12
Janine Abbring: Maar goed, eerst Kelly in de beeldentuin. Dit was een bonusaflevering van de podcast "In het Rijksmuseum". De tentoonstelling Ellsworth Kelly in de Rijksmuseumtuin is gratis te zien tot en met 24 oktober 2021. Van dichtbij, als het museum open is, en anders vanaf de straat.